Barbara Baarsma pleit voor kortere voedselketens: ‘De MRA is een voedselparadijs’
11-06-2020 Nieuws #duurzaamheid#economie#MRA University
Kortere ketens, minder schakels, minder kilometers en meer verbondenheid tussen consument en de producent. Dat was het thema van prof. dr. Barbara Baarsma tijdens haar college voor MRA University op dinsdag 9 juni. ‘De Metropoolregio Amsterdam is een voedselparadijs. Onze maaltijden leggen nu 30.000 kilometer af, terwijl binnen 30 kilometer een rijkdom aan producten is te vinden.’
‘De coronacrisis laat zien hoe wendbaar korte ketens zijn. Er zijn veel nieuwe verbanden bijgekomen en bestaande korte ketens hebben hun omzet verviervoudigd’, zei Barbara Baarsma, directievoorzitter van Rabobank Amsterdam en hoogleraar marktwerking en mededingingseconomie aan de Universiteit van Amsterdam. Een echt duurzaam herstel vraagt om kringlooplandbouw, ondersteund door kortere ketens. Baarmsa adviseerde haar toehoorders om daar actief aan te werken.
Barbara Baarsma, tevens lid van de Amsterdam Economic Board, was op 9 juni de achtste spreker in de reeks online colleges van MRA University die de Metropoolregio Amsterdam (MRA), de gemeente Amsterdam en de Amsterdam Economic Board wekelijks organiseren.
Niet alleen hyperefficiënt en mondiaal, maar ook lokaal en verbonden
De voedselketens van nu zijn door wereldwijde specialisatie, optimalisatie van productie, data en uitonderhandelde relaties hyperefficiënt ingericht. Dat is iets om trots op te zijn, want ze vervullen een belangrijke rol in het oplossen van voedselproblemen. Nederland zit als de tweede voedselexporteur ter wereld midden in dat systeem. Ons land exporteert 75% van zijn landbouwproducten, en importeert 50% van het benodigde voedsel. Baarsma: ‘We moeten deze lange ketens koesteren, maar tegelijkertijd inzetten op efficiënte, korte ketens. Dat is belangrijk voor kringlooplandbouw en het verdienvermogen van boeren.’
Kringlooplandbouw is nodig om biodiversiteit en bodemkwaliteit te herstellen en uitstoot van broeikasgassen en stikstof te verminderen. Boeren van Amstel laat zien dat stedelingen bereid zijn een beetje extra te betalen voor deze kwaliteit. Door kortere ketens hoeft de marge bovendien over minder partijen te worden verdeeld, zodat het verdienvermogen van producenten omhoog gaat. Deze ketenpartijen hebben veel contact met elkaar en kunnen daardoor gerichter innoveren en inspelen op veranderingen.
Niet met een dieselbusje naar de stad, maar vrachtjes combineren
Minder voedselkilometers leveren een evident voordeel op, maar ook korte ketens moeten inzetten op schoon vervoer, zeker voor de ‘last mile’. ‘De boer moet niet in een halfvol dieselbusje naar de stad rijden, maar samenwerken met andere ketens om vrachtjes te bundelen en schoon naar de consument te brengen.’ En ook voor andere ketens is het interessant om na te denken welke schakels er tussenuit kunnen.
Marja Ruigrok, wethouder Economie en Innovatie van de gemeente Haarlemmermeer en lid van het platform Economie van de MRA, riep ketenpartners in een reactie op om zich aan te sluiten bij de Green Deal Zero Emissie Stadslogistiek. Een andere manier voor korte ketens om samen op te trekken, is het organiseren van een goede marktplaats met veel en veelzijdig aanbod waar afnemers graag komen shoppen. Bovendien levert dat veel data op, zodat slim kan worden ingespeeld op veranderende behoeften. Idealiter wordt de efficiency van het bestaande systeem verweven met de korte ketens. Producten van om de hoek zijn dan ook verkrijgbaar bij de supermarkt om de hoek.
Niet praten, maar poetsen
Baarsma is de afgelopen maanden actief betrokken geweest bij twee nieuwe lokale ketens. Bij Boeren voor Buren, waarbij landbouwrestanten vanuit de regio zijn uitgedeeld aan gezinnen die in de knel kwamen, zodat zij toch gezond konden eten. Dit initiatief startte met veel vrijwillige inzet en gaat nu verder als startup. En bij Support Your Locals NL, waarbij in navolging van een open source-initiatief in Amsterdam nu overal in het land lokale delicatessenboxen worden verkocht. Baarsma sloot haar college af met de vraag aan iedereen om de korte ketens te ondersteunen. ‘Ga eens naar een boerderijwinkel, vraag in de winkel naar lokale producten en verkoop in je bedrijfsrestaurant net als de RAI producten van dichtbij.’