TNO: 21 procent meer energiearme huishoudens in Nederland
17-07-2024 Nieuws #brede welvaart#duurzaamheid#energierechtvaardigheid#energietransitie
Tussen 2022 en 2023 is het aantal energiearme huishoudens in Nederland toegenomen met meer dan 21 procent. Van 326.000 naar 396.000. Dat is naar schatting 4,8% van het totaal aantal huishoudens in Nederland. Zonder de financiële compensatiemaatregelen van 2023, zoals de energietoeslag voor huishoudens met een laag inkomen, zou deze groei nog veel forser zijn geweest. Dat blijkt uit het rapport Energiearmoede in Nederland (2019-20223) van TNO.
Het landelijk cijfer voor energiearmoede varieert – afhankelijk van de gekozen definitie – in 2023 tussen de 363 duizend en 437 duizend huishoudens. Dat is tussen 4,4% en 5,3% van alle huishoudens in Nederland. De meerderheid van deze mensen – ruim 300 duizend huishoudens – woont in een woning van lage energetische kwaliteit. Huishoudens worden in het rapport als energiearm gedefinieerd wanneer deze te maken hebben met een laag inkomen in combinatie met een hoge energierekening en/of in combinatie met een woning van slechte energetische kwaliteit.
Forse verschillen in energiekosten
Energiearme huishoudens gaven in 2023 gemiddeld 8,5% van hun inkomen uit aan energiekosten. In 2022 was dit 3,8%, mede door de compensatiemaatregelen van de overheid. Dat is dus 4,7 procent meer. Een gemiddeld gezin gaf naar schatting in 5,2% van het inkomen uit aan energiekosten in 2023.
Verdeling energiearmoede Nederland
In 2023 zijn de hoogst geschatte percentages energiearmoede te vinden in Noordoost Groningen, Zuid-Limburg, Rotterdam, Den Haag, Arnhem en omgeving, Almelo en Enschede. Sinds 2022 is energiearmoede het meest toegenomen in een aantal stedelijke gebieden (Rotterdam, Amsterdam, Diemen, Enschede, Almelo, Lelystad, Den Haag, Arnhem, Vaals en Heerlen) en in Noordoost Groningen.
Meer gedetailleerde informatie vindt u in de interactieve kaart voor de energiearmoede per gemeente in Nederland.
Energiearmoede: stijging in de MRA-gemeenten in procenten
Plaats | 2022 | 2023 |
Aalsmeer | 3,3 | 3,7 |
Almere | 1,0 | 2,0 |
Amstelveen | 3,4 | 4,1 |
Amsterdam | 5,5 | 6,9 |
Beverwijk | 2,5 | 4,1 |
Blaricum | 2,7 | 3,4 |
Bloemendaal | 2,3 | 2,6 |
Diemen | 2,8 | 4,1 |
Edam-Volendam | 2,4 | 2,8 |
Gooise Meren | 3,9 | 4,3 |
Haarlem | 4.9 | 5.6 |
Haarlemmermeer | 1,7 | 2,3 |
Heemskerk | 3,5 | 4,1 |
Heemstede | 3,2 | 3,5 |
Hilversum | 4,5 | 5,2 |
Huizen | 2,5 | 3,4 |
Landsmeer | 4,6 | 4,9 |
Laren (NH.) | 4,5 | 4,8 |
Lelystad | 3,1 | 4,6 |
Oostzaan | 2,9 | 3,6 |
Ouder-Amstel | 1,9 | 2,3 |
Purmerend | 1,7 | 2,3 |
Uitgeest | 0,9 | 1,4 |
Uithoorn | 2,4 | 2,9 |
Velsen | 3,4 | 4,5 |
Waterland | 2,2 | 2,7 |
Wijdemeren | 3,2 | 3,6 |
Wormerland | 3,6 | 4,0 |
Zaanstad | 4,3 | 5,1 |
Zandvoort | 8,0 | 8.9 |
Lessen voor effectieve energiehulp door gemeenten
TNO deed onderzoek bij gemeenten om in kaart te brengen welke kenmerken typerend zijn voor effectieve energiehulp. Gekeken is welke factoren bepalen hoe de leefsituatie van bewoners verbeterd wordt. Op basis hiervan kunnen landelijke- en provinciale overheden, gemeenten, woningcorporaties en de energiehulporganisaties hun aanpak aanpassen.
Meer lezen?
Het hele rapport met heel veel extra informatie leest u op de site van TNO.